Nee!
20 oktober 2012 - Beijing, China
"Wij hebben geboekt via de Treinreiswinkel, jij ook?"
Helaas zeg ik: "Sterker nog, ik werk er."
"Mooi, dan kunnen we bij jou onze klacht indienen!"
Ze zijn net begonnen aan een wereldreis van 8 maanden, en hun geboekte bedden blijken verdeeld over 2 coupé's. Ik leg uit dat wij daar geen invloed op hebben, dat deze geboekt worden via een andere organisatie, en vooral dat ik NU NIET AAN HET WERK BEN. Ik bied ze aan om te ruilen, waardoor ik niet gezellig met Maartje en Hayunn naar Peking reis maar met 2 Chinezen en een zwijgende ranke Finse. Afijn, alles om een klacht te voorkomen.
Ik kom meer klanten van ons tegen, maar ik heb geleerd en heb het niet meer over mijn werk. Veel jongeren op deze trein, met korte broeken en jurkjes en sterke verhalen.
Op het station in Peking ga ik op zoek naar een pinautomaat. Ik word aangeklampt door vele mensen die me een hotel willen aanvoeren. Als ik tegen vrouw nummer 15 zeg: "No, I need cash!, begint ze hard te lachen en spuugt op de grond. Uiteindelijk vind ik een bank, aan de overkant van de hele drukke weg. Mijn pas wordt geweigerd door alle 5 automaten. Het zweet breekt me uit, een mevrouw verwijst me naar een andere bank, die ik vervolgens niet kan vinden. Ik vraag het diverse mensen, maar zij snappen mijn vraag al niet, laat staan dat ze 'm kunnen beantwoorden. Uiteindelijk vind ik een vvv. De vriendelijke man wijst me de weg naar een andere bank, en vertelt dat daarvoor taxi's staan die me naar mijn hotel kunnen brengen. Ik ga naar de bank, die accepteert mijn pas wel. Opgelucht loop ik naar de taxi. De man kijkt naar het adres op mijn voucher, hierop staat het tevens in het Chinese schrift. De chauffeur schudt nee en weigert me mee te nemen. Zo ook met de 2 taxi's hierna. Een man achter me spreekt Engels, hij vraagt namens mij waarom ze me weigeren, ze blijken het adres niet te kennen. Ik weer terug naar de vvv. De man belt voor me naar het hotel, laat me een kaart de locatie zien en schrijft aanwijzingen op voor de chauffeur. Hiermee ga ik weer naar de taxisstandplaats. Als ik eindelijk aan de beurt ben word ik weer geweigerd door 2 chauffeurs. Nu word ik boos. Ik duw de volgende mijn kaart onder de neus en eindelijk knikt hij minzaam ja. Mijn koffer mag ik zelf in en uit de kofferbak slepen.
De reisgids zegt dat Peking bezoeken hetzelfde is als 70 sigaretten per dag roken. De stad is inderdaad gehuld in smog. Ik ga vandaag op pad met een gids, Cathy. We beginnen met de Verboden Stad. Zodra je de ene toegangspoort door bent kom je weer op een plein met talloze gebouwen en nieuwe toegangspoorten naar volgende pleinen. Cathy vertelt me over de diverse details van het leven toen er nog keizers waren en van de symboliek van de details en kleuren. Ik leg haar uit dat ik echt niet zelf bij ieder gebouw zelf op de foto hoef. Maar jawel, ik die niet op de foto wil word nu steeds door Chinezen gevraagd om met ze op de foto te gaan. Voor ik kan weigeren hebben ze hun arm al door de mijne gehaakt en zegt de camera al klik.
Cathy vraagt of ik wil zien hoe zijde verwerkt wordt. We kunnen langs een fabriek, ik hoef er niets te kopen. Ik was al gewaarschuwt dat gidsen je soms naar demonstraties kunnen loodsen in de hoop dat je er iets koopt. Maar nee zeggen mocht, dus ik ga mee. Zodra we binnenkomen, komt een jongen aangesneld, hij laat me zien hoe de zijdedraad ontstaat en voor ik het weet sta ik dekbedden en kussens te bewonderen. Ik zeg dat ik niets wil kopen als hij me vraagt welke maat ik thuis heb. Ik loop nog even naar de sjaals, op de voet gevolgd door de verkoper. Ik probeer hem af te schudden maar hij is me steeds te snel af. De sjaals zijn zo duur dat ik echt echt echt niets ga kopen en hij druipt zichtbaar teleurgesteld af naar de volgende toerist. Cathy neemt me mee uit lunchen. Dat wil zeggen: we belanden in een toeristenlunchfabriek waar alle gidsen hun toeristen droppen. Zelf eten ze in een ander deel, wij mogen ons tegoed doen aan een buffet. Op zich is het fijn weer eens eten te zien dat ik herken, maar het feest der herkenning houdt snel op bij de smaak.
We rijden naar het Tiantan park, ook weer met diverse tempels. Vooral het laatste deel van het park spreekt me aan, waar de lokalen spelletjes spelen, zingen, gymoefeningen doen. Dan vraagt Cathy of ik naar een theedemonstratie wil. Ik denk: ik kan (inmiddels) heel goed nee zeggen, ik hoef niets te kopen en ik heb wel zin in een kopje thee. Dus krijg ik in een theehuis alles te horen over verschillende theesoorten, waar ze allemaal goed voor zijn, hoe ze gedronken worden en natuurlijk mag ik ze proeven. Na afloop vraag ik of ik mag rondlopen en foto's mag maken. Dat mag, zegt ze hoopvol. Ik zet wat kleurrijke theekopjes en potten op de foto en zodra ik me draai staat de verkoopster daar te glimlachen. Als ik aanstalten maak om weg te gaan vraagt ze welke thee ik het lekkerst vond. "Ik ga niets kopen," zeg ik met een glimlach. "Een beker? Dan krijg ik er een gratis beeldje bij dat piest als je er thee overheen giet." Ik herhaal mijn nee. Een blikje thee dan? Ik herhaal mijn nee. Als geld een probleem is, kan het ook een kleiner blikje zijn. Ik zeg weer nee, zeg dat het niet om het geld gaat. "Wat is het probleem dan wel?", brengt ze inmiddels radeloos en bijna boos uit. "Ik wil gewoon niets kopen," glimlach ik en loop nu echt weg. Cathy achter me aan, volgens mij ook teleurgesteld in mij. Terwijl we op de chauffeur wachten zegt ze dat als ik nog wat kleingeld heb, ik dat wel aan de chauffeur kan geven, zeker bang dat ik helemaal niets uit wil geven. Ik was al op de hoogte van de gangbare bedragen voor gidsen en chauffeurs en had het geld al apart gehouden. Als ik hem bij het hotel zijn geld geef, begint hij het te tellen, hij kijkt beledigd. Cathy durft het geld dat ik haar geef niet te tellen en neemt vermoeid afscheid.
Zodra ik op mijn kamer ben keren de mondhoeken weer terug naar een normale stand.
Helaas zeg ik: "Sterker nog, ik werk er."
"Mooi, dan kunnen we bij jou onze klacht indienen!"
Ze zijn net begonnen aan een wereldreis van 8 maanden, en hun geboekte bedden blijken verdeeld over 2 coupé's. Ik leg uit dat wij daar geen invloed op hebben, dat deze geboekt worden via een andere organisatie, en vooral dat ik NU NIET AAN HET WERK BEN. Ik bied ze aan om te ruilen, waardoor ik niet gezellig met Maartje en Hayunn naar Peking reis maar met 2 Chinezen en een zwijgende ranke Finse. Afijn, alles om een klacht te voorkomen.
Ik kom meer klanten van ons tegen, maar ik heb geleerd en heb het niet meer over mijn werk. Veel jongeren op deze trein, met korte broeken en jurkjes en sterke verhalen.
Op het station in Peking ga ik op zoek naar een pinautomaat. Ik word aangeklampt door vele mensen die me een hotel willen aanvoeren. Als ik tegen vrouw nummer 15 zeg: "No, I need cash!, begint ze hard te lachen en spuugt op de grond. Uiteindelijk vind ik een bank, aan de overkant van de hele drukke weg. Mijn pas wordt geweigerd door alle 5 automaten. Het zweet breekt me uit, een mevrouw verwijst me naar een andere bank, die ik vervolgens niet kan vinden. Ik vraag het diverse mensen, maar zij snappen mijn vraag al niet, laat staan dat ze 'm kunnen beantwoorden. Uiteindelijk vind ik een vvv. De vriendelijke man wijst me de weg naar een andere bank, en vertelt dat daarvoor taxi's staan die me naar mijn hotel kunnen brengen. Ik ga naar de bank, die accepteert mijn pas wel. Opgelucht loop ik naar de taxi. De man kijkt naar het adres op mijn voucher, hierop staat het tevens in het Chinese schrift. De chauffeur schudt nee en weigert me mee te nemen. Zo ook met de 2 taxi's hierna. Een man achter me spreekt Engels, hij vraagt namens mij waarom ze me weigeren, ze blijken het adres niet te kennen. Ik weer terug naar de vvv. De man belt voor me naar het hotel, laat me een kaart de locatie zien en schrijft aanwijzingen op voor de chauffeur. Hiermee ga ik weer naar de taxisstandplaats. Als ik eindelijk aan de beurt ben word ik weer geweigerd door 2 chauffeurs. Nu word ik boos. Ik duw de volgende mijn kaart onder de neus en eindelijk knikt hij minzaam ja. Mijn koffer mag ik zelf in en uit de kofferbak slepen.
De reisgids zegt dat Peking bezoeken hetzelfde is als 70 sigaretten per dag roken. De stad is inderdaad gehuld in smog. Ik ga vandaag op pad met een gids, Cathy. We beginnen met de Verboden Stad. Zodra je de ene toegangspoort door bent kom je weer op een plein met talloze gebouwen en nieuwe toegangspoorten naar volgende pleinen. Cathy vertelt me over de diverse details van het leven toen er nog keizers waren en van de symboliek van de details en kleuren. Ik leg haar uit dat ik echt niet zelf bij ieder gebouw zelf op de foto hoef. Maar jawel, ik die niet op de foto wil word nu steeds door Chinezen gevraagd om met ze op de foto te gaan. Voor ik kan weigeren hebben ze hun arm al door de mijne gehaakt en zegt de camera al klik.
Cathy vraagt of ik wil zien hoe zijde verwerkt wordt. We kunnen langs een fabriek, ik hoef er niets te kopen. Ik was al gewaarschuwt dat gidsen je soms naar demonstraties kunnen loodsen in de hoop dat je er iets koopt. Maar nee zeggen mocht, dus ik ga mee. Zodra we binnenkomen, komt een jongen aangesneld, hij laat me zien hoe de zijdedraad ontstaat en voor ik het weet sta ik dekbedden en kussens te bewonderen. Ik zeg dat ik niets wil kopen als hij me vraagt welke maat ik thuis heb. Ik loop nog even naar de sjaals, op de voet gevolgd door de verkoper. Ik probeer hem af te schudden maar hij is me steeds te snel af. De sjaals zijn zo duur dat ik echt echt echt niets ga kopen en hij druipt zichtbaar teleurgesteld af naar de volgende toerist. Cathy neemt me mee uit lunchen. Dat wil zeggen: we belanden in een toeristenlunchfabriek waar alle gidsen hun toeristen droppen. Zelf eten ze in een ander deel, wij mogen ons tegoed doen aan een buffet. Op zich is het fijn weer eens eten te zien dat ik herken, maar het feest der herkenning houdt snel op bij de smaak.
We rijden naar het Tiantan park, ook weer met diverse tempels. Vooral het laatste deel van het park spreekt me aan, waar de lokalen spelletjes spelen, zingen, gymoefeningen doen. Dan vraagt Cathy of ik naar een theedemonstratie wil. Ik denk: ik kan (inmiddels) heel goed nee zeggen, ik hoef niets te kopen en ik heb wel zin in een kopje thee. Dus krijg ik in een theehuis alles te horen over verschillende theesoorten, waar ze allemaal goed voor zijn, hoe ze gedronken worden en natuurlijk mag ik ze proeven. Na afloop vraag ik of ik mag rondlopen en foto's mag maken. Dat mag, zegt ze hoopvol. Ik zet wat kleurrijke theekopjes en potten op de foto en zodra ik me draai staat de verkoopster daar te glimlachen. Als ik aanstalten maak om weg te gaan vraagt ze welke thee ik het lekkerst vond. "Ik ga niets kopen," zeg ik met een glimlach. "Een beker? Dan krijg ik er een gratis beeldje bij dat piest als je er thee overheen giet." Ik herhaal mijn nee. Een blikje thee dan? Ik herhaal mijn nee. Als geld een probleem is, kan het ook een kleiner blikje zijn. Ik zeg weer nee, zeg dat het niet om het geld gaat. "Wat is het probleem dan wel?", brengt ze inmiddels radeloos en bijna boos uit. "Ik wil gewoon niets kopen," glimlach ik en loop nu echt weg. Cathy achter me aan, volgens mij ook teleurgesteld in mij. Terwijl we op de chauffeur wachten zegt ze dat als ik nog wat kleingeld heb, ik dat wel aan de chauffeur kan geven, zeker bang dat ik helemaal niets uit wil geven. Ik was al op de hoogte van de gangbare bedragen voor gidsen en chauffeurs en had het geld al apart gehouden. Als ik hem bij het hotel zijn geld geef, begint hij het te tellen, hij kijkt beledigd. Cathy durft het geld dat ik haar geef niet te tellen en neemt vermoeid afscheid.
Zodra ik op mijn kamer ben keren de mondhoeken weer terug naar een normale stand.
Heel veel dank voor al je brieven en foto's!
@Bruno: ze hebben allemaal trucjes om het heel klein te verpakken, zelfs de dekbedden. Maar het was een wijze les om nee te leren zeggen. En om te zeggen: gewoon, omdat ik het niet wil, als ze me om de reden vroegen. O ja, en zit hier niet op facebook, dat kan niet, maar mijn reisblogprogramma plaatst het daar wel.